Overdag zet Cindy Zwaan zich in voor bewoners op de PG-afdeling in Westerheem, in haar vrije tijd duikt ze haar volkstuin in, dat ligt op het tuinencomplex Tot Ieders Genoegen in Heemskerk. Daar verbouwt ze groenten, fruit en bloemen – helemaal op haar eigen, duurzame manier. “Het begon als ontspanning, maar inmiddels is het een levensstijl.”
Van 32 jaar in het kappersvak naar bijna gediplomeerd verzorgende IG: het klinkt als een grote stap, maar voor Cindy voelt het inmiddels helemaal als thuis. “Ik ben een mensenmens, dat wist ik altijd al. In de zorg kan ik dat écht kwijt.” Toch heeft ze naast haar werk nóg een passie: haar volkstuin. Een plek vol groente, fruit en bloemen. En vooral: rust. “Ik wandelde hier altijd langs met de hond. Op een dag dacht ik: ik schrijf me gewoon in. En voor ik het wist, had ik een eigen stukje grond. Eerst voor de ontspanning, maar al snel dacht ik: hé, zelf groente verbouwen is eigenlijk best tof.”
Van andijvie tot amarant
Wie denkt dat het om een paar kroppen sla gaat, heeft het mis. Haar tuin is bijna een mini-supermarkt. “Ik heb pruimen, bessen, bramen, frambozen, aardbeien, appels, peren… en aan groente van alles: andijvie, broccoli, bietjes, pompoen, sperziebonen, knoflook, tomaten, paprika. Ook bloemen natuurlijk: zonnebloemen, zonnehoed, cosmea, kattenstaart, noem maar op. Alles lekker door elkaar. Ik hou ervan om mooie veldboeketten te maken, zowel voor mezelf als voor anderen. Er staat genoeg!” En alles zo duurzaam mogelijk. Geen pesticiden, wel compost, slootwater en slimme bodembedekking. “Dat scheelt werk én onkruid. Ik ben een beetje een luie tuinder: ik wil er veel uithalen, maar niet onnodig zwoegen,” lacht ze.

Eten van eigen grond
Het oogstfeest stopt niet bij de tuin. “Ik kook ermee, vries in, wek, en ik fermenteer ook. Ja, dat klinkt als ‘laten verrotten’, maar het is juist heel gezond. Denk aan zuurkool, maar dan ook met rode ui of biet. Heerlijk in een salade. Ik eet niet alles zelf op hoor. Er gaat ook veel naar vrienden en familie. Het is anders gewoon te veel.”
Door zelf te verbouwen, is ze nog bewuster gaan eten. “Ik koop sowieso biologisch vlees en ik probeer zo min mogelijk te verspillen. Dat geldt ook in mijn werk. Weggooien gebeurt soms te snel. Kleine beetjes opletten maakt samen een groot verschil.”
Rust in het hoofd
Naast duurzaamheid levert de tuin iets anders op: ontspanning. “Je ziet iets groeien dat je zelf hebt geplant, de natuur doet de rest. En ondertussen luister ik een podcast of maak een praatje met een 91-jarige buurman die hier nog elke dag op de fiets komt. Geweldig toch?” En wat is haar tip voor collega’s die duurzamer willen leven zonder volkstuin? “Kijk naar het seizoen, eet wat er nu groeit. Het is goedkoper, gezonder én lekkerder. En: blijf in beweging. Je hoeft niet te spitten in een tuin, maar een wandelingetje doet wonderen.” Dus of ze nu een bewoner helpt of een bed met aardbeien verzorgt, één ding is zeker: Cindy doet het met aandacht, liefde en een flinke scheut groene vingers.
